Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Begin jaren ’90, lang voor Sufjan Stevens met een banjo aan de haal gaat en de immer godvrezende David Eugene Edwards van Sixteen Horsepower en Woven Hand zijn zielenpijn verdrijft, is er al de grensoverschrijdende cowpunk van Uncle Tupelo.
Uncle Tupelo blaast pure country nieuw leven in door de melancholische plattelandsmuziek aan te lengen met snoeiharde punkrock. In 1993 brengt Uncle Tupelo hun mijlpaal, het vlekkeloze Anodyne uit en vrij snel daarna gaat de Amerikaanse groep alweer uit elkaar, zoals wel vaker het geval is met invloedrijke groepen uit het verleden.
Nukkigheid
Het mag overigens een godswonder heten, dat de twee nukkige en totaal verschillende voormannen van Uncle Tupelo, Jeff Tweedy en Jay Farrar, het nog vier albums met elkaar hebben uitgehouden. Creatieve meningsverschillen liggen uiteindelijk ook ten grondslag aan het opheffen van deze belangwekkende band uit de oertijd van alternatieve popmuziek
Het verhaal van Jeff Tweedy is bekend, die gaat snel verder met Wilco en verovert zowat de hele wereld. Hoewel de debuutplaat A.M. en het pretentieuze dubbelalbum Being There nog bol staan van onvervalste countryrock kiest Wilco op een gegeven moment toch voor een deels toegankelijk en vernieuwd popgeluid, waarin ook veel ruimte is voor andere invloeden.
Farrar houdt daarentegen voet bij stuk en maakt met Son Volt een vijftal stevige, maar overwegend traditionele countryrockplaten. Vooral de eerste plaat, kortweg Trace genaamd, geldt nog steeds als verplichte kost binnen het genre. De ijzersterke eerste plaat van Son Volt is in wezen een uitermate grimmig werkstuk, dat in geen geval lijkt op de latere wapenfeiten van Wilco.
Ongepolijste dramatiek
Belangrijkste troef van Son Volt is de melancholische stem en songwriterkunsten van Jay Farrar, die misschien nog het meest klinkt als een verkouden Neil Young in het kwadraat. Farrar staat voor no-nonsense en weet telkens de juiste dramatiek aan de ongepolijste countryrock mee te geven.
Met de degelijke, maar verder weinig verrassende opvolger Straightaways blijft Farrar nochtans hetzelfde parcours van Son Volt en Uncle Tupelo volgen. Echter wordt snel duidelijk dat Son Volt geen nieuwe grenzen verkent, zoals Wilco dat wel doet. Daarnaast blijft commercieel succes vooralsnog achterwege.
Als de stoïcijnse Farrar op het album Wide Swing Tremolo nieuwe geluiden uitprobeert, komt dit bij de trouwe fans in eerste instantie nog wat geforceerd over. Son Volt last een lange pauze in, terwijl concurrent Jeff Tweedy met Wilco ongekend veel succes oogt. Jay Farrar zit niet stil en laadt snel zijn creatieve batterij op. In 2001 is de eerste soloplaat een feit, Sebastopol genaamd, niet veel later gevolgd door het grauwe Terroir Blues. Zoals verwacht, laten beide platen een nieuw geluid horen. De fragmentarische hersenspinsels op deze twee albums breken echter geen potten.
Hechter dan ooit
Vriend en vijand van Jay Farrar worden pas in 2005 goed verrast met een nieuwe plaat van Son Volt, het wisselvallige Okemah and the Melody of Riot en later een reeks spetterende optredens op belangwekkende festivals, zoals Blue Highways en SXSW. Ondanks dat lang niet alle songs op dit comebackalbum even sterk zijn, klinkt de groep hechter dan ooit tevoren en spelen ze dan eindelijk voor volle zalen en tevreden fans. Bovendien blijkt dit eerste comebackalbum van Son Volt een echte groeiplaat.
Pas nu wordt ook duidelijk hoe belangrijk de groep eigenlijk is geweest voor de ontwikkeling van alternatieve country. Op zijn soloplaten heeft Jay Farrar alle ruimte gehad voor zijn vernieuwingsdrang en muzikale ontwikkeling, waardoor hij nu met de band terug weet te keren met een kwalitatief hoogstaand album, dat niet onder doet voor het vroegere Volt-werk. Neem daarbij het feit dat er nog altijd behoefte is aan onstuimige rock-‘n-roll, jankende pedalsteel en songteksten vol weemoed en heimwee. Wel zijn de albums Son Volt altijd voer voor fijnproevers, die helemaal in het genre van americana zijn ingewijd.
Het laatste album tot dusver, genaamd The Search, laat Son Volt wederom als vanouds horen. Nog altijd staan die nasale, ietwat drammerige zangstem van Jay Farrar en ruwe rockklanken als een boerderij overeind. Het overtuigende The Search is daarnaast ook nog eens uitgedost met een opmerkelijke blazerssectie, zodat er een soulvolle en energieke Memphis-sound ontstaat en de groep stiekem toch ook ander terrein verkent.
Een clubtour van Son Volt zit er helaas nog niet in. Wel is het eenmalige optreden op Take Root absoluut iets om naar uit te kijken. Naar het schijnt spelen Jarrar en de zijnen weer op oorlogssterkte en zijn oordopjes dus geen overbodige luxe op dit verder gemoedelijke festival in de Groningse hoofstad.
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/son-volt/son-volt-speelt-op-oorlogssterkte/15954/
Meer Son Volt op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/son-volt
Deel dit artikel: