Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Nu zult U zeggen: 'En Mad Mike dan?' of 'Hebt U dan nog nooit van Planet E gehoord?'. Maar dan praten we over de weinige technoproducers, voornamelijk mensen uit Detroit, die er wel in geslaagd zijn om aan de, laten we het maar toegeven, zeer eenvoudige basiselementen iets essentieels (we noemen dat over het algemeen 'stijl') toe te voegen dat de tand des tijds weerstaat, of nog, ervoor geopteerd hebben om hun carrière via de crossover van techno met andere genres in heel andere richtingen te sturen. Carl Craig, Moritz von Oswald, Mad Mike, Jeff Mills en nog enkele anderen doen gewoon hun ding en dat is dat. Zij zijn dan ook wat men noemt persoonlijkheden.
Maar over dat soort techno willen we het hier niet hebben. De techno die wij bedoelen is weliswaar in Detroit geboren, maar het fenomeen van de razende loops sloeg uiteraard al snel over, eerst naar Canada en de UK, daarna naar België, Nederland en Duitsland en vervolgens naar de rest van de wereld. Het echte godsgeschenk voor de harde-loopsbrigade die de discotheken en festivals nu al enige jaren terroriseert waren de snoeiharde maar technisch enorm beheerste sets waarmee Jeff Mills vanaf het midden van de jaren '90 overal ter wereld techno uitdroeg. De gevolgen zijn bekend.
Omdat de muziek zo makkelijk te mixen was wou plots iedereen dj worden, met de mix-cd manie als onmiddellijk gevolg. Resultaat: urenlange dreunende sets van mensen als Adam Beyer, Ben Sims, Damon Wild, Steve Stoll, Marco Corola, Steve Bicknell, DJ Rush en Dave Clarke, volgepropt met muziek die je alleen kunt verdragen als je drugs tot je genomen hebt, voor eeuwig vastgelegd op cd. Ook een gevolg: iedere dj van wat standing wil natuurlijk ook producer zijn (het staat immers sjiek je eigen plaatjes proef te draaien). Maar de acolieten doen dat natuurlijk veel minder goed dan de pioniers. Van de originele Detroit magie schijnen ze enkel de kletterende en knarsende loops nog te willen overhouden. De soul en funk, ons inziens toch een essentieel onderdeel van de originele Detroit techno, worden vakkundig monddood gemaakt door ze te begraven onder een stampede van losgeslagen industriële flipgeluiden. Volgende natuurlijke stap: techno wordt saai. 1e oplossing: Percussiesamples toevoegen, want dat klinkt funky. Gevolg: drie jaar lang honderden releases die Jeff Mills' Purpose Maker, al dan niet succesvol, proberen te imiteren. 2e oplossing: Technische perfectie en efx. Voorbeeld bij uitstek: Richie Hawtin maakt een mix op zijn computer. Plots wil iedereen zijn mix-cd waarop hij (again it's a boy's thing mostly) laat zien wat hij wel niet kan met 3 decks, terwijl hij nog even loops programmeert op zijn synth, wat frunnikt aan het Pioneer effectenkastje, tegelijk een dansje doet en mits enkele mieterse draadloze apparaten op de laptop zelf de graphics bedient. Sommige dj's hebben zelfs nog tijd over om iedereen een drankje te serveren.
Had iemand er al aan gedacht dat 3 platen in de mix meestal samen als pure herrie klinken? Herrie die bovendien hoogstwaarschijnlijk afbreuk doet aan alledrie de platen afzonderlijk. 3e oplossing dan maar: tech-house: een non-genre dat beweerde diepe techno voor de meisjes te maken, terwijl het gewoon Detroit techno anno 1992 in de microgolf opwarmt en er vervolgens gelijke delen trance, house en electro aan toevoegt. Gevolg: een lawine van vervelende progressive house en soft techno platen met disco-invloeden, die de reputaties van zowel house als techno danig hebben uitgehold. Kompakt en Force Tracks zijn zowat het enige wat wij ervan onthouden hebben. 4e oplossing: Almaar harder gaan spelen (zie DHR en Alec Empire, zie de horror-tech van Neil Landstrumm en zijn volgelingen). Maar dan komen punk, zwaar metaal en industrial toch weer heel dicht in de buurt. Laatste oplossing: de zogenaamde clicks&cuts beweging. De elementen van minimale techno worden nog verder geminimaliseerd. Daar kan je natuurlijk zo ver in gaan dat er uiteindelijk niets meer overblijft. Einde van het verhaal?
Nu gaan wij natuurlijk niet beweren dat techno geen vruchtbare erfenis heeft achtergelaten. Techno is zonder twijfel revolutionair geweest in de geschiedenis van de productietechnieken. Moet U het geluid van de eerste cd van Madonna (gemaakt in het late discotijdperk) maar eens vergelijken met die van Ray Of Light, geproduceerd toen techno op zijn hoogtepunt was. De glanzende, digitale tonen van techno hebben er ook voor gezorgd dat de in feite van oorsprong eerder met hiphop verwante voorloper electro middels enkele productionele updates terug in de belangstelling is geraakt. Kan iemand zich de loeiharde drum&bass à la No U Turn, Virus of Bad Company indenken zonder techno? Waar zou de nu-skool breaks scene zijn zonder techno? En miljoenen verkopende topproducers als The Neptunes, Rza of Timbaland?
Maar de belangrijkste erfenis van de techno-beweging is de fel gestegen status van de elektronische artiest. Werden de pioniers uit de jaren '70 en '80 met hun synths en vocoderstemmen nog als volbloed weirdos beschouwd (Kraftwerk, Telex, Front 242 en anderen werden meestal ronduit belachelijk gemaakt), dan leveren elektronische producers nu bij wijze van spreken top 10 hits af bij de vleet. Zie Underworld, zie Praga Khan, zie Fat Boy Slim, zie Daft Punk en de lijst groeit nog elke dag aan. Top dj's als Carl Cox, Danny Tenaglia, Masters At Work of John Digweed worden nu zulk obscene bedragen geboden om enkele plaatjes aan elkaar te mixen dat ze bijna een nieuw soort filmsterren geworden zijn. Maar dezelfde krachtige stroming heeft er ook voor gezorgd dat een volledig underground gericht label als UR een wereldhit scoorde met Rolando's 'Knights Of The Jaguar'.
U hoort ons dus niet zeggen dat er geen blijvende prestaties zijn achtergebleven. Maar wordt het geen tijd dat techno zelf nog eens iets in gang zet? Op de lauweren rusten kan nooit een goed idee zijn in een wereld die zo snel verandert.
Het probleem is natuurlijk dat je met de standaard techno basisset van de 303 tot en met de 909 uiteindelijk niet veel verder meer kan evolueren. Want dan is het gewoon geen techno meer. Bovendien is techno er nooit echt in geslaagd om verder te groeien dan de functionaliteit van de dansvloer. Echt goeie technolangspelers zijn op de vingers van één hand te tellen. Maar de allergrootste handicap voor de technobeweging is dat techno als dusdanig altijd een instrumentaal genre geweest is. Schaars zijn de artiesten die iets betekenisvols met vocalen en teksten (hebben) kunnen doen. Technoproducers die met vocalen werken komen al snel in het vaarwater terecht van (deep) house producers of worden quasi onmiddellijk (maar voor eventjes dan) door de pop mainstream opgeslokt. Vocalen en een meer song-gerichte aanpak worden daarentegen wel gehuldigd in de nu-jazz beweging, in de sleazy millennium pop van de nu-electro, bij een genie als Matthew Herbert en in de West-London breaks scene genre 4hero, Domu en Bugz In the Attic. Mits techno zichzelf niet snel heruitvindt zal de muzikale relevantie van de stijl dan ook snel tot het verleden behoren. Compostbaas Michael Reinboth drukte het in een interview dat ik met hem had nog het beste uit: "De jaren '90 waren de jaren van de dj (…) het nieuwe decennium wordt het tijdperk van de producer." Waarom? Omdat de menselijke stem het enige is wat een computer niet kan namaken. De producer moet dus gewoon op zoek naar medemuzikanten. Hij kan niet langer alleen in zijn homestudio achter zijn computer blijven zitten.
Bovendien is het ook steeds twijfelachtiger te veronderstellen dat, in een muzikale conjunctuur waar melodieuzere en vrolijkere dansvloergeluiden als Latin, bossa nova, hiphop, reggae en dub terug meer in de kijker lopen, de stressy en opgejaagde loops van de techno nog boven zijn voornaamste functionaliteit (soundtrack voor de saturday night fever) kan uitstijgen.
Conclusie: techno is waarschijnlijk het eerste elektronische muziekgenre waarvan de elementen volledig gaan oplossen in andere genres. Techno valt vandaag al uiteen in meerdere stukken en iedere nieuwe elektronische muziekstijl die de DIY-attitude hoog in het vaandel draagt zal er in min of meerdere mate vruchten van plukken, dwz de elementen recycleren die in de nieuwe muzikale context passen. Maar techno zelf is vandaag al terminaal. De enige vraag die nog gesteld moet worden is 'Hoelang zal de doodstrijd nog gerekt worden?' Euthanasie dan maar?
da volgaBabe is dj en muziekschrijver. Hij presenteert elke zondag samen met de heer Eria Lubacov het radioprogramma Destination UNKnown op Fm Brussel.
http://www.kindamuzik.net/column/709/kindaspam-020-techno-is-stervende/3577/
Meer op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/709
Deel dit artikel: