Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Te midden van de commotie rondom de uitspraken van de partyorganisator Ted Langenbach over witwaspraktijken in het Rotterdamse uitgaansleven is daar opeens Absolute Music. Niemand minder dan Boy George, Booka Shade en Trentemøller zijn de kopstukken voor de eerste editie van dit feest.
Langenbach refereerde expliciet aan Absolute Music met zijn suggestie dat nieuwe organisaties voor het snelle geld gaan door eenmalig grote namen te programmeren. De organisatie reageerde fel en meldde zeker geen eennachtsvlieg te zijn.
Ondanks al deze aandacht werd enkele dagen voor aanvang de suggestie gewekt dat de kaartverkoop niet bijster hard liep. De organisatie gaf namelijk opeens te kennen dat studenten een flinke korting kregen op de riante entreeprijs van goed dertig euro. Was het nieuwe initiatief alsnog gedoemd roemloos ten onder te gaan?
Bij binnenkomst op de avond zelf blijkt dit met drie goedgevulde zalen van de Maassilo goed mee te vallen. In tegenstelling tot Awakenings het vorige weekend is ditmaal de samenstelling erg gemêleerd. Het publiek bestaat onder meer uit achttienjarige hipsters, stijlvolle yuppen en dertigjarige dragqueens, en dat blijkt vanwege de collectieve liefde voor de muziek prima samen te gaan. Misschien is het vanuit dat oogpunt nog niet eens dom
om met een hoge toegangsprijs een natuurlijke selectie
aan de deur te creëren.
Iets na 1 uur betreedt de flamboyante Boy George [foto boven] de Maassilo, omgeven door camera’s en beveiligingsmensen. Met make-up, gleufhoed, glittercolbert en een glimlach à la The Joker uit Batman belichaamt hij de prototypische valse nicht uit de roerige jaren tachtig.
Maar wat een wereld van verschil is er tussen de ultieme popster van toen, die zelfs nog in Band Aid meezong, en de ouder wordende dj van nu. Ondanks het zachte karakter van zijn eigen muziek van toen trekt George O'Dowd direct aan de start hard van leer met rappe techno. Na deze toon gezet te hebben, beweegt hij nonchalant richting pompende danceversies van ‘I Just Can’t Get Enough’ en ‘Smalltown Boy’, om daarna meer IT-georiënteerde clubhouse te gaan draaien.
In het begin lijkt Boy George het prachtig te vinden: hij playbackt vrolijk mee, speelt met het publiek, en krijgt menig hand de lucht in. Na een tijdje lijkt de verveling er zowel bij hem als het publiek in te sluipen. De platen worden platter, de interactie daalt tot een dieptepunt, en Boy George raakt zijn aandacht kwijt voor waar hij is en wat hij doet. De beste man lijkt vergeten te zijn dat het publiek er vooral voor zijn persoon is, want wat betreft dj’en is er weinig spectaculairs aan het optreden.
Rond drie uur dooft zijn set dan ook uit als een nachtkaars. Het eindapplaus is vooral bedoeld voor de opgekomen heren van Booka Shade. Gelukkig wachten er wel tientallen idolate dertigers in leer, petten en maskers bij de uitgang van het podium op het Britse popicoon van weleer. Zo maakt de beste man alsnog menig mannenziel blij deze avond.
Tegelijkertijd met Boy George treden de Jungle Brothers op in de derde zaal van de karakteristieke Maassilo. Alhoewel bijna alle aandacht uitgaat naar de hoofdzaal, weet deze act de tientallen toeschouwers plezierig te laten bewegen. Natuurlijk komt Aphrodites legendarische Urban Takeover-remix van ‘Jungle Brother’ voorbij, maar verder is het vooral oldschool hiphop wat de klok slaat.
Droge beats, weinig melodie, veel freestyle en een aanstekelijk enthousiasme zijn de kernwoorden van de mannen, die ongemerkt steeds dichter bij de pensioengerechtigde leeftijd komen. Zelfs een spontane samenwerking met de Rotterdamse beatboxer Whizzle passeert de revue.
Toch moet het trio zijn meerdere erkennen in de hoofdact, want bij aanvang van het optreden van Booka Shade loopt de zaal in een hoog tempo leeg. Dat is jammer, want qua historisch belang en concertkwaliteit hadden de Jungle Brothers meer aandacht verdiend.
Booka Shade [foto boven] treedt op met Walter Merziger op de elektrische drums en Arno Kammermeier in een ongelofelijk foute dj-boot met laptops en midicontrollers, inclusief legendarisch achterhaalde headset. De heren schamen zich er blijkbaar allerminst voor Duits te zijn.
De set is om door een ring te halen, maar is daardoor ook flink voorspelbaar en weinig energiek. Alle eigen hoogtepunten komen voorbij, maar het werk van het duo mist de nodige scherpe kanten en vuile plekken om echt een impact te hebben. Natuurlijk leiden de begintonen en de climaxen van ‘Mandarine Girl’ en ‘In White Rooms’ tot euforische reacties, maar als de bas erin valt is dat ook snel weer verleden tijd.
Ook een cover van Laurie Andersons 'O Superman' kan dat tij niet keren. Pas bij de laatste toegift om half vier trekt Booka Shade de registers open om met felle zaaggeluiden en harde beats eindelijk écht indruk te maken.
Nee, dan Trentemøller [foto rechts]. Alhoewel zijn alombejubelde album The Last Resort veel experimentele ambient en downbeat kent, betekent Anders Trentemøller live beuken met een grote B. Terwijl de dj en vaste scratchhulp T.O.M. beats neerlegt, gooit de Deen er in een moordtempo beukende ritmes, scheurende synthesizers en felle effecten overheen.
Vooral tijdens de ongelofelijk eclectische liveuitvoering van zijn remixen van Röyksopps ‘What Else Is There’ en ‘Go’ van Moby weet het publiek amper waar met het zijn vreugde heen moet.
Helemaal gek wordt het als Trentemøller een soort elektronische popquiz organiseert door een uur lang bekende danceplaten te herinterpreteren. Het gebeurt niet vaak dat honderden mensen in een zaal euforisch juichen, maar ‘Windowlicker’ door de ogen van de Deen weet dat effect minutenlang prima te sorteren. Op die manier verheft Trentemøller de eerste editie van Absolute Music van ‘leuk’ naar ‘indrukwekkend’. Het is te hopen dat hij er op 14 april bij de tweede editie weer bij is.
http://www.kindamuzik.net/live/absolute-music/booka-shade-boy-george-trentem-ller-jungle-brothers/14833/
Meer Absolute Music op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/absolute-music
Deel dit artikel: