Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Sommige artiesten zijn alleskunners. Moeiteloos lossen ze op het podium de beloftes in die ze eerder met hun albums hebben gedaan. Andere artiesten maken prachtige platen, maar bakken er live niets van. Het verrassendst zijn zij die met hun studiomateriaal geen hoge verwachtingen wekken, maar in het echt de sterren van de hemel spelen. Maar wat als iemand beide kansen verprutst? Het eerste album van Rahsaan Patterson heeft niet lang in mijn cd-speler gezeten. Na zijn debuut ben ik hem zelfs enigszins uit het oog verloren. Ondanks pogingen van verschillende mensen mij voor een teleurstelling te behoeden – ‘de avond is ten dode opgeschreven zodra hij op het podium verschijnt’ – hoopte ik afgelopen zondagavond in Paradiso op een verrassing.
Rahsaan Patterson is geen flitsende verschijning. Zijn eens zo weelderige afrokapsel heeft plaats gemaakt voor een kalend hoofd. Hij staat met een lichtelijk kromgebogen rug en zwiert achteloos met zijn armen. Af en toe mompelt hij een paar woorden tegen het publiek, maar liever gaat hij in discussie met een enkele fanatiekeling voor aan het podium, om even later te besluiten de conversatie, die voor de rest van het publiek toch al niet of nauwelijks te volgen was, te staken en de man alsnog te negeren. Hij schuift met zijn tenen de setlist onder een speaker vandaan en kijkt wat het volgende nummer is.
Natuurlijk, muziek gaat niet in de eerste plaats om uiterlijkheden. De buitenkant is slechts bijzaak. Maar een gebrek aan entertainend vermogen moet wel voldoende gecompenseerd worden door muzikaal vakmanschap. En ook hier laat het optreden van de New Yorker te wensen over. Patterson is simpelweg geen frontman, maar een onderdeel van zijn begeleidingsband. Zijn stem gaat op in het geheel. Hij zingt geen teksten, maar houdt het bij vrijblijvende woorden. Terwijl hij erop los ‘ooht’ en ‘aaht’, spelen de drummer en bassist ter afwisseling een jazzy walking bass-patroon en laat de gitarist zien dat hij de bluesladder beheerst. De zanger zelf maakt van deze solomomenten handig gebruik om een praatje te maken met de overige bandleden. Zijn verzuim richting te geven maakt dat nummers vaak eindeloos voortkabbelen of uiteindelijk zelfs doodbloeden.
Na ruim een uur over de rand van het balkon gehangen te hebben, klaagt een meisje tegen haar vriend: ‘’t Is wel een lange zit, hè?’ Niet lang daarna maakt Patterson een buiging, ten teken dat het afgelopen is. Voor veel mensen is het maandagmorgen weer vroeg dag.
Voor hen die hun bed nog niet op hoeven of willen zoeken, vindt aan het einde van de avond in de bovenzaal de presentatie plaats van de nieuwe single van Big Boy Caprice. Met zijn grote stembereik en fantastische band, bestaande uit enthousiaste muzikanten, schudt de Amsterdamse nu-soulzanger de weinige overgeblevenen weer wakker. Langzaam maar zeker blaast hij de interactie met het publiek nieuw leven in. Hier en daar wordt er zelfs gedanst. Zo zie je maar weer: een verrassing komt altijd onverwacht.
http://www.kindamuzik.net/live/diverse-artiesten/rahsaan-patterson-big-boy-caprice/8190/
Meer Diverse Artiesten op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/diverse-artiesten
Deel dit artikel: