Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Zoals het makers van muzikantenmuziek betaamt, spelen ze in meer bands. Het geldt voor Tame Impala uit Perth, dat met de voortreffelijke psychedelische gitaarrock van Innerspeaker een van de beste platen van 2010 maakte. Drie leden van die band spelen in Pond, dat al langer bestaat en de vierde plaat afleverde. Het vijftal huldigt het principe dat iedereen kan spelen wat en wanneer hij maar wil, zodat een psychedelische pastiche kan ontstaan.
Met dit en de titel van de plaat in het achterhoofd, Beard Wives Denim, is meligheid en stuurloos muzikaal gepiel niet ondenkbaar. Toch ontstijgt de plaat dat niveau. Hoewel het soms wat fragmentarisch aandoet, rijgen ze psychedelica en jarenzeventighardrock op een inventieve manier aaneen met bijvoorbeeld trippy keyboardgeluiden. In Vera gaat Pond bijna aan de eigen dadendrang ten onder.
Nick Allbrook is bassist in Tame Impala, maar zingt in Pond. Met zijn spichtige voorkomen en hoge, onvaste stem heeft hij het rattige van Johnny Rotten en het androgyne van David Bowie. Hij beweegt af en toe motorisch gestoord over de planken, mompelt onverstaanbare dingen en verlaat regelmatig het podium om in de zaal verder te zingen. Allbrook houdt zo visueel de aandacht vast, want hij is zo'n frontman die elk moment kan overgaan op vreemde strapatsen. Daarbij heeft hij tijd over voor keyboard en zelfs dwarsfluit.
De rest van de band heeft meer dan genoeg aan het bespelen van één of meerdere instrumenten. Geconcentreerd maar ontspannen en soms tegen het melige aan, brengen de gitaristen een afwisselende bloemlezing uit stomende fuzzgeluiden, ronkende oerhardrock waarbij Led Zeppelin niet ver weg is en kleine beetjes gruizige postrock en dampende funk. Afgelost door groovende keyboardtonen. Bij momenten lijken ze aan het jammen te slaan.
Ook op het podium kent Pond geen beperkingen, iedereen gaat volledig zijn gang. Het massieve geluid onderstreept deze dadendrang. Het rolt als een brok graniet de zaal in, waardoor details slecht te onderscheiden zijn. Allbrooks zang is vaak nauwelijks hoorbaar, de gitaren klinken als een eendimensionale brij, de keyboardgeluiden zijn overstuurd. Aan het eind valt alles wel op zijn plek, met minder instrumenten, in een song die ritmisch veel weg heeft van 'I'm Waiting for the Man' van The Velvet Underground. Wat meer subtiliteit in het geluid zou een concert van Pond van begin tot eind boeiend maken en hun potentie daadwerkelijk onderstrepen.
Foto door Vera huisfotograaf Mischa Veenema.
http://www.kindamuzik.net/live/pond/pond/22888/
Meer Pond op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/pond
Deel dit artikel: