Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Met het Groningse Noorderslag heeft Nederland elke januari dé plek waar vaderlands talent zich aan de internationale pers en andere professionals kan voorstellen. Denemarken heeft het SPOT festival dat hiermee prima te vergelijken is, al hebben de Denen geen Euronic-achtig programma voor de internationale acts. Bovendien smeert SPOT de showcases van voornamelijk nationale talenten (aangevuld met bands uit andere Scandinavische landen en een sporadische vreemde eend in de bijt) uit over twee festivaldagen.
Een lang weekend in de gemoedelijke stad Århus en dan vooral op het terrein rond het chique en zeer goed geoutilleerde Muziekhuis aldaar leert dat lang niet al het Deense geluid even sterk voor de dag komt. Op de aftrappende donderdag is het Yann Tiersen die menig romantisch stelletje dat gekomen is om te knuffelen op Amélie-deunen de stuipen op het lijf jaagt met een venijnige, bijna postrockachtige set. Verbijstering alom in het publiek en als er dan een flard bekend materiaal passeert, blijft spontaan de herkenning uit. Na het vreemde gezelschap Minpli uit IJsland, zet Nederlands eigen zZz na blessureleed z'n beste beentje weer voor en zowaar: het duo krijgt de overigens pijnlijk leeggestroomde zaal fiks aan het dansen.
Op vrijdag speelt Bodebrixen [foto hierboven] zich aardig in de kijker van bijvoorbeeld een Haldern Popfestival. Leuke en kekke indierock met nogal een slag van de Camera Obscura- of Belle & Sebastianmolen die het vroeg op de dag op dat knusse Duitse festivalletje prima zou doen. The Asteroids Galaxy Tour heeft het een stuk lastiger. Als het publiek zin heeft in een feest en aardig ingedronken is (zie: London Calling) dan wint de band de race op zijn sloffen. Het voor zich winnen van een volgepakte Deense zaal - hoewel dus een thuiswedstrijd - is er echter niet bij. Eens temeer valt dan ook op dat het materiaal eigenlijk nogal eenvormig is en de vraag dringt zich op of The Asteroids Galaxy Tour zonder de opvallende zangeres überhaupt ooit opgemerkt zou zijn. Laat op de avond op bijvoorbeeld Lowlands lijkt een feest echter gegarandeerd.
De laatste klanken van Tone hinten naar een warmbloedige dreampopset, maar die band moet vooral eens hier langskomen om tot een écht oordeel te kunnen komen. Ondertussen solliciteert Orka nadrukkelijk naar een voorprogrammaplekje voor Einstürzende Neubauten door met zelfgemaakt instrumentarium én slijptol fijne potten-en-pannenrock te produceren. Het Belgisch-Deense Alloy Alloy doet aan kekke dansjes, over-the-top tot op het bot en al komt de muziek uit twee laptops en slaat de performance eigenlijk nergens op, heel ver weg van Vive la Fête is dit duo nu ook weer niet en op een RAUW-dansavond slaat dit tweetal vast dubbel en dwars aan.
Emiliana Torrini bewijst haar inmiddels gekende klasse met een opvallend 'harde' set. Giana Factory mag dan weer wél een kleine verrassing heten. Drie dames, aangevuld met een drummer, produceren ritmisch fijne indierock met electro-invloeden en een schurende rand uit een Sonic Youthachtige richting. Het zweet druipt 's avonds van de muren bij het mateloos populaire Diefenbach, dat echter wel erg opzichtig leentjebuur speelt bij Radiohead. White Pony bewijst dat een fuif niet hoeft te betekenen dat je over ook maar een begin van mix-skills hoeft te beschikken door een platte en makkelijke mix van partykrakers af te vuren die lomp achter elkaar gezet worden. De beloofde electrosensatie Electrojuice komt al niet veel verder met een simplistisch en vooral vlak electrorockriedeltje dat eigen smoel en dynamiek ontbeert. De zaal loopt dan ook terecht bijzonder snel leeg.
Gelukkig biedt de zaterdag nog hoop op verbetering. Choir of Young Believers [foto rechts] is een soort Arcade Fire zónder die branie en passie, maar zou op Crossing Border niet misstaan. Kiss Kiss Kiss levert hoekige Gang of Four-rock met nét genoeg panache om het als supportact voor Bloc Party bijvoorbeeld prima te kunnen bolwerken. In duisterdere regionen vind je Kellermensch dat tussen Nick Cave, Arcade Fire, Tom Waits en metal met misschien zelfs een vleug 16 Horsepower in grote bandbezetting met drie strijkers, drie zangers én een pomporgel een uniek geluid produceert. Helaas is de liveperformance bij vlagen net iets te theatraal dik aangezet, maar Kellermensch heeft zeker potentieel. Het eigen geluid is in ieder geval al gevonden.
Dat kan je nauwelijks zeggen van de electrokitsch van WhoMadeWho. Dan liever Lucy Love [foto links]. Dit losgeslagen, brutale opdondertje presenteert zich als een jonge, felle en vrouwelijke variant van Dizzee Rascal. Rappe flows, teksten die je kop niet meer uit willen, fraaie beats, verstaanbare articulatie en vooral: een performance die qua energie en overgave het publiek meteen voor zich weet te winnen. Een triomftocht in optima forma en een aanrader voor vele festivals. De opwaartse lijn in kwaliteit én energieke performance wordt afgetopt door het Noorse Shining dat met complexe jazzmetal inclusief saxofoon aan het slot van het SPOT Festival nog even de trommelvliezen een paar fikse tikken verkoopt en tegelijk diepe indruk maakt met puur muzikaal vakmanschap, gekoppeld aan furieus spel.
Zo brengen drie dagen SPOT Festival nieuwe Deense geluiden fraai samen in een relaxte festivalsetting waar de locaties heerlijk dicht bij elkaar liggen en een brede waaier aan muzikale stijlen de revue passeert. De spoeling leek op vrijdag wel érg dun te zijn, maar uiteindelijk resteert onder de streep toch nog een aardig saldo aan kanshebbers voor een doorbraak richting de rest van Europa. Het grote afwachten kan dan ook beginnen om te bezien of - en zo ja, welke van - deze acts ooit in Nederland op een festival of in de clubs te bewonderen zullen zijn.
http://www.kindamuzik.net/live/spot-festival/spot-festival/18678/
Meer SPOT Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/spot-festival
Deel dit artikel: