Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Gezien de summiere oppervlakte van 20.761 km² nu ook weer niet zo opmerkelijk, maar toch: Gorky’s Zygotic Mynci gold in de mid-nineties als het beste en meest onderschatte exportproduct van Wales. Wat Belle & Sebastian was voor Glasgow, was Gorky’s Zygotic Mynci voor Cardiff. Geen toevallige vergelijking, want ook de Welshmen grossierden in lieflijke popdeuntjes die van januari tot december het zonlicht door de gordijnen lieten schijnen. Nu is er Chops en dat is het solodebuut van zanger Euros Childs. En het is even schrikken; als er één ding opvalt, is dat vooral het onevenwichtige en onsamenhangende karakter van de plaat.
Ook het songmateriaal is vaak ontluisterend. De wansmakelijke disco-pastiche ‘Donkey Island’ bijvoorbeeld. Had Childs een carnavalskraker in gedachten? Wou hij Frans Bauer achterna? Misschien dat André Vermeulen dit nog net vindt kunnen voor Athene, maar wat was hier in godsnaam de bedoeling? Euro’s voor Italiaanse lires verkopen? In ‘Dawnsio Dros Y Mor’ klinkt Childs als Jonathan Richman die zijn laatste troeven wil uitspelen voor een publiek van dementerende bejaarden. Met deze plaat wou Childs naar eigen zeggen ‘zo dicht mogelijk bij partymuziek blijven’. Niks op tegen, maar dan wel op die voorwaarde dat het een party is waar wij nooit ofte nimmer een voet binnen hoeven te zetten!
Sporadisch treffen we toch enkele lichtpunten aan. ‘Costa Rita’ is zowaar het eerste nummer dat met recht en rede de titel van ‘song’ mag opeisen. Een hapklare pianoballade met een lang niet onaardig refrein dat je onverwijld van Californische stranden doet dromen. Met ‘My Country Girl’ zijn we weer aanbeland bij Richman, die van de vermaarde Grand Ole Opry zijn tweede thuis gemaakt lijkt te hebben. Het pastorale en met strijkers opgesmukte ‘Circus Time’ is het beste wat deze plaat in het verschiet heeft en herinnert vaag aan de helderste momenten van Ben Folds. Flarden psychedelische folk (‘First Time I Saw You’ mag er wezen) zijn Childs evenmin vreemd, al gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat de man hier al patent op had toen Devendra Banhart en consorten nog snotneuzen waren.
Euros Childs schuwt de humor en de knipogen zeker niet in zijn muziek en dat is goed, maar moest zijn ironische insteek zonodig een handvol draken van songs opleveren? Schrappen is de kunst en dat zag de Welshman op Chops helaas te vaak over het hoofd. Van iemand die ooit het prima Tatay uit zijn brein kneep mogen we beter verwachten. Véél beter!
http://www.kindamuzik.net/recensie/euros-childs/chops/12211/
Meer Euros Childs op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/euros-childs
Deel dit artikel: