Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Ch', Ch', Check... de bandnaam hint naar Pipo de Clown, een woordgrappige vondst voor de labelnoemer en een ontwapenend sympathiek begeleidend schrijven. Een goed begin is het halve werk. Zo'n veertig minuten lang spreekt Mama Loo tot me en ik sluit mijn ogen en laat me meevoeren door haar wereld.
In dat dikke half uur laat Mama Loo - een product van het lovenswaardige collectief aan kunstenaars, dichters, muzikanten en wat dies meer zij wat zich onder de naam Skipperboetlek verzameld heeft - haar vele gezichten zien. Drie man sterk, thuis opgenomen, rammelt Mama Loo nergens. Integendeel, de band durft met speels en bijna achteloos gemak vele paden te bewandelen.
Opener 'Underground' stoeit met een Sting-achtige zanglijn, maar komt en passant ook gevaarlijk dicht in de buurt van Sixteen Horsepower gegrom. Een bijna ondraaglijke spanning hangt het hele nummer lang in de lucht en wil maar niet tot ontlading komen. Totdat na een korte - misplaatste - break alsnog het distortionpedaal gevonden wordt. Een beetje te laat en dat is jammer. Temeer omdat de heldere, beklemmende boog meer verdiend had; een zwaar overgeproduceerde logge muur van crunchy gitaren met donderende powerdrums bijvoorbeeld. Toch blijft het een verdomd bevallige start, zwanger van hoop op het vervolg.
Mama Loo gaat langs de stede van The Velvet Underground, vergeet niet aan te bellen bij David Bowie en trakteert in de kroeg Madrugada nog even op een rondje. Hoor ik daar in 'A Ghost in Daylight' niet iets van Ric Ocaseks 'Troublizing' klanken voorbijgaan? Jawel; Mama Loo is niet voor één gat te vangen. Knap is het dan ook dat de plaat over alle acht nummers niet als los zand aanvoelt. Sterker nog: volkomen natuurlijk komt Mama Loo voor de dag.
Tel bij de genoemde referenties Radiohead en U2 op en het beeld is compleet: Mama Loo kent zijn klassiekers. De composities neigen toch nergens naar opzichtig jatwerk en alleen de enige echte cover valt zwaar uit de toon (John Cale's 'Close Watch'). Dan mag de band zich weliswaar even verliezen in wat minder urgent progressief-rockerig sologitaarwerk uit de King Crimson-school, met een gelaagder geluid en een echte studioproductie komt zoiets een stuk harder aan. Die kans krijgt Mama Loo misschien nog wel eens. Als het stemgeluid dan een tikkeltje meer weet los te komen van de illustere voorbeelden, heeft Nederland er in Mama Loo een geweldige en ijzersterke band bij. Met een dito bandnaam.
http://www.kindamuzik.net/recensie/mama-loo/mama-loo/6317/
Meer Mama Loo op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/mama-loo
Deel dit artikel: