Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
De laatste jaren leek een volledige wereldtournee er niet meer in te zitten voor David Bowie. Na de albums …hours en Heathen werden slechts een paar (promotie)concerten gespeeld in vaak extreem kleine zalen. Natuurlijk; de echte diehard fans waren daar wel bij aanwezig, maar voor de wat normalere sterveling was het bijna einde oefening. Een paar jaar eerder was het voor mij persoonlijk op Rock Werchter in 1997 de eerste en enige keer dat ik Bowie live aan het werk zag. Een magisch moment was het zeker toen aan het einde van de eerste festivaldag Bowie in het aardedonker opkwam, ‘Quicksand’ speelde en verder ging met zijn weergaloze show. Dat weekend konden zelfs de hoofddag-headliners The Smashing Pumpkins daar niet overheen komen. Bowie zorgde voor een bliss die nog heel lang zou blijven hangen.
Met beide voetjes op de grond en terug in de alledaagse werkelijkheid, gaat Bowie weer eens goed op stap. En dus steeg de spanning ten top in de weken voor het eerste concert in zes jaar tijd in Nederland. De gemoederen raakten al aardig verhit tijdens de wereldwijd uitgezonden warm-up date annex albumpresentatie en Reality viel gelukkig weer prima uit. In de AHOY’ zou het allemaal moeten gebeuren; de zenuwen gierden door het lijf.
Bowie liet zich de laatste jaren graag zien met jonge bands, niet zelden om zijn eigen profiel op te poetsen. Zo speelde hij tijdens de Amerikaanse 1. Outside-tournee met Nine Inch Nails als voorprogramma (of was het toch een echte double-bill show?) en was de sterrenline-up van hedendaagse rocktoppers niet van de lucht toen hij zijn vijftigste verjaardag vierde. Deze keer zijn The Dandy Warhols de gelukkigen. Qua bandnaam al een aardige verwijzing naar scene’s waarmee Bowie in het verleden affiniteit had, of de rol die hij in de rampfilm Basquiat speelde. De broekies mochten de zaal opwarmen en met hun vrolijke getinte liedjes vol melodie lukte dat aardig. Muzikaal was het verzorgd, maar een tikkeltje rommelig, met bovendien een redelijk slechte geluidsmix. De hitjes waren tactisch over de set verdeeld en de drie kwartier verveelden geen seconde. Van kruin tot kleine teen apelazerusstoned keek zanger Courtney Taylor met lodderige oogjes de duisternis in en met een sexy toetseniste en molenwiekende gitarist, waren de “Dandies” leuke eye-candy. Dit was zeker geen get-on-with-it voorprogramma.
Goed, we waren er met z’n allen in die uitverkochte akoestische beerput om niemand minder dan David Bowie te zien. Na een relatief korte pauze was het om vijf over negen dan zover. Onder extreem gegil (het mijne incluis, ik beken) doofden de lichten en knalde de adrenaline de hartslag omhoog. Over een catwalk-achtig plankier wandelden de bandleden naar hun plekjes en de nieuwe single ‘New Killer Star’ opende de set. Wel 26 nummers en twee-en-een-half uur later was het afgelopen. In de tussentijd kreeg de uitzinnige menigte (een plezierige mengeling van bedaarde veertigers en jonge devote fans) alles wat je kunt verzinnen en meer. Niet alleen was het meteen raak met het tweede nummer: ‘The Jean Genie’, nee, die lijn werd doorgetrokken. Tussen smashhits als ‘Fame’, een puike versie van ‘China Girl’ en ‘Ashes to Ashes’ was er ruimte voor de nieuwere songs (‘Cactus’, ‘Fall Dog Bombs the Moon’) en het kippenvel-moment-bij-uitstek: ‘Under Pressure’.
We zijn nog niet eens halverwege als het besef doordringt dat dit weer een legendarisch concert is, met een even goede setlist. En vreemd genoeg valt bij mij ook pas rond het vijfde nummer het kwartje dat Hij er echt is. Het lijkt allemaal te mooi; het geheel staat als een huis, de band speelt fabelachtig en de sfeer is subliem. Wederom die magie dus. Flabbergasted.
Na een korte tease van Blur’s ‘Song 2’, gaat de reis door de Bowie back-catalogue door. Van ‘Fashion’, ‘Heroes’, een geweldige uitvoering van ‘Try Some, Buy Some’ tot de echte verrassingen van deze avond: het cryptische ‘The Motel’ en het in de nieuwe bewerking wel erg smakelijke ‘Loving the Alien’. Opmerkelijk tussen het melodieuze werk zijn de 1. Outside tracks; in het eerste deel ‘Hello Spaceboy’ en later ‘I’m Afraid of Americans’. Snoeiharde industrial rock waarop het heerlijk los gaan was. In de hele set was er dan ook maar een klein minpuntje in de vorm van het matige kabbelende ‘5:15 The Angels Have Gone’, maar na ‘The Motel’ vergeef je Bowie alles!
Aan het eind van ‘Heathen (The Rays)’ wordt Bowie door bassiste Gail Ann Dorsey van het podium geleid, waarna de band na even doorjamt en er ook stukje bij beetje de brui aan geeft. De boodschap zal niet groot geweest zijn, want na een korte plaspauze verscheen meestertoetsenist Mike Garson achter zijn keyboards en zette het intense ‘Bring Me The Disco King’ in. Dit bleek het startsein voor een heus we-gaan-nog-niet-naar-huis in de Bowie band. Na een ronkende ‘Pablo Picasso’ volgde ‘Changes’. Een prachteinde van het concert, zou je op voorhand zeggen. Maar… de koek was niet op en met ‘Let’s Dance’ ga je ook niet naar huis. Dus kregen we maar liefst zeven nummers als toegift, met als afsluitend prijskoppel het onverwachte ‘Suffragette City’ en de stampende klassieker-der-klassiekers ‘Ziggy Stardust’.
Kortom: een setlist om van te dromen, muzikaal tot in de kleinste puntjes in orde; hier gaat het allemaal om bij een David Bowie concert. Zijn band bestaat uit toppers. Mensen die stuk voor stuk echt iets toevoegen aan de nummers. Zonder de anderen tekort te willen zijn: noemenswaardig zijn Mike Garson die met jazzy improvisaties en snelle riedeltjes diepte en textuur weet aan te brengen en de beestachtige drummer Sterling Campbell wiens “powerhouse drumming” meer dan eens de onderbuik deed schudden.
Maar los van de muziek, los van de nummers, los van de muzikanten; dit concert was ook af om een andere reden. De mensen van geluid, licht en stage-design spelen bij een mega-act als Bowie geen onbelangrijke rol. De armada aan trucks buiten de zaal bleek binnen een podium op te leveren met een megagroot LCD scherm, drie in de zaal hangende schermen, een lichtshow om van de watertanden en een U-vormige catwalk die van achterop het podium tot aan de zijkanten doorliep. Het gebruik van de spotlights om voor de verandering eens de zaal uit de lichten deed wonderen. David Bowie zelf genoot zichtbaar van de reacties van zijn fans, liep over de catwalk naar de zijkanten, zong de tribune’s direct toe, richtte zich direct tot de mensen en raakte menige snaar. Dat genot van de meester zelf, gekoppeld aan de beelden op het scherm én de muziek; was een plaatje wat je niet snel meer zult vergeten.
Menigeen vindt eens in de zes jaar David Bowie te weinig. Ik keerde huiswaarts met de gedachte dat alle concerten na een avond als deze leuk en aardig zijn, maar geschiedenis, die werd hier geschreven. Zoiets moet je koesteren, de herinnering zal je verwarmen bij het horen van de albums en zoiets moet speciaal zijn en blijven. Tot over een jaar of vier dan maar weer David?
http://www.kindamuzik.net/live/david-bowie/david-bowie/4331/
Meer David Bowie op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/david-bowie
Deel dit artikel: