Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Nebula leeft in het verleden. Dat weet iedereen die ze ooit op het podium heeft zien staan of hun platen ergens tussen die van Jefferson Airplane en MC5 in de platenkast heeft geparkeerd. De gouden periode rond 1969, dat moet het reisdoel van Eddie Glass, Ruben Romano en Mark Abshire zijn geweest toen zij hun muzikale tijdmachine instelden. De periode waarin die hippies met hun vergeetachtige hoofdjes erachter kwamen dat ze de volumeknop al die jaren nog niet helemaal open hadden gezet. Nebula maakt al vanaf de beginperiode eind '69, nee, wacht, '96 rauwe sixtiesrock vol pakkende riffs, toononvaste zang en een overdosis aan gitaareffecten en razende solo's vol wahwah en Hendrix-referenties.
Het trio uit Californië debuteerde in 1997 met de EP Let It Burn. Zanger/gitarist Eddie Glass en drummer Ruben Romano waren zojuist uit Fu Manchu geflikkerd, één van de bands die aan de wieg stonden voor de wederopstand van de lome seventies groove. Aanvankelijk maakte ex-Kyuss bassist Scott Reeder deel uit van de afsplitsing die de passende naam Nebula meekreeg, maar hij verkoos de rust van de woestijn boven een wild leven langs vreemde podia, verlaten autowegen en goedkope hotelkamers.
Over afsplitsingen gesproken, een nebula is een brokstuk van een ontplofte planeet, wat wij die niet bij de NASA werken een meteoriet noemen. Samen met bassist Mark Abshire (ook ooit in Fu Manchu) lieten Glass en Romano lekker opgefokte sixtiesrock horen, zwaar beïnvloed door the Stooges, the Groundhogs en Blue Cheer, waarvan de laatste als voorname verdachte door het leven gaat gezien de binnenhoes van Let It Burn; een eerbetoon aan Blue Cheers tweede album Vincebus Eruptum. In 1999 verscheen To the Center dat lovend werd ontvangen en waarop de band de perfecte balans had gevonden tussen pakkende songs en eindeloos jammen. Op opvolger Charged klonk het trio echter ongeïnspireerd en veel te glad geproduceerd, bovendien stonden er geen Nebula-klassiekers als 'To the Center', 'Clearlight' of 'Fall of Icarus' op.
Na een heruitgave van hun twee EP's (een split met Lowrider en het op Man's Ruin verschenen Sun Creature) is er nu Nebulas nieuwe album, Atomic Ritual. De sterren staan eindelijk goed voor het sympathieke, hardwerkende trio. Met de van de seventies rock uitpuilende platenkast in het achterhoofd en geïnhaleerde inspiratie betraden zij met stonergoeroe en Kyuss-producer Chriss Goss de studio. Het resultaat laat zich beluisteren als een combinatie van hun twee eerdere platen. Enerzijds zijn er de ijzersterke songs ('Out of Your Head', 'So It Goes'), maar anderzijds is er weer die net iets te gladde productie. Bovendien staan er volledig overbodige songs als 'Carpe Diem' op, waarmee Nebula een inspiratiebron als the Stooges eerder door het slijk haalt dan dat het ze de eer bewijst die ze verdienen.
Alles klinkt weer onmiskenbaar als Nebula en dat ontkracht enige wil tot progressie, zoals het een ware stonerliefhebber betaamt. Maar Atomic Ritual mist in zijn totaliteit toch de bezieling van To the Center, waarop de songs, de riffs, de volgorde en de productie zo perfect in balans was. Het album klinkt overtuigend genoeg, maar weer vrij loom voor Nebula begrippen. Bovenal hoor ik de ziel niet in het album. Maar misschien moet ik me niet zo druk maken en gewoon de volumeknop nog iets omhoog draaien. Of nog meer bier drinken en wiet roken. Of gewoon weer To the Center opzetten.
http://www.kindamuzik.net/recensie/nebula/atomic-ritual/4235/
Meer Nebula op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/nebula
Deel dit artikel: