Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het Groningse Noorderslag geldt al jaren als hét festival waar de beste nieuwe Nederlandse acts van dat moment in één klap kunnen worden bezichtigd. Ook dit jaar zijn er in de Oosterpoort op 14 januari ruim 45 bands te zien. Bekende namen als Racoon, Spinvis en De Jeugd van Tegenwoordig, maar ook minder bekende namen als About, Mondo Leone en Wudstik sieren het programma. Sinds jaar en dag zijn de kaartjes voor Noorderslag ruim van tevoren uitverkocht. “En daar rekenen we ook op hoor”, lacht Peter Smidt.
Nederland vs. België
Zoals bij elke eerste editie van een festival kon ook Smidt in 1986 niets van het latere succes bevroeden. “Bij zo’n eerste editie denk je helemaal niet na over die dingen. Je doet maar gewoon wat. Het ontstond eigenlijk uit het feit dat er in Groningen in die tijd bar weinig gebeurde. Je had wel de Vera en de Simplon, maar in de Oosterpoort werden destijds alleen maar klassieke concerten en af en toe een jazzconcert gegeven.” Dat veranderde dankzij Pim van Klink, zegt Smidt. “Pim van Klink was toen net aangesteld als directeur, en opperde iets over een festival rond de kerstvakantie, omdat dan iedereen vrij was. Het klinkt heel gewoon dat je als nieuwe directeur denkt aan de mogelijkheid van popconcerten geven, maar voor de Oosterpoort vond men dat in die tijd echt raar.”
De eerste Noorderslag mocht al een succes genoemd worden, al werd het uiteindelijk verschoven naar januari. “Van de Oosterpoort kregen we uiteindelijk vrij spel in het organiseren van een festival”, herinnert Smidt zich. “We mochten maximaal tienduizend gulden verlies lijden. Nou ja, liever niet natuurlijk.” De eerste Noorderslag was gebaseerd op de aloude competitiestrijd tussen Nederland en België. “Dat vonden wij destijds wel een aardig idee, want de Belgische bands uit die tijd, Arbeid Adelt, The Scabs en Red Zebra enzo, werden allemaal heel goed gevonden, terwijl er geen aandacht was voor Nederlandse dingen als Fatal Flowers en Plastic Dolls.” Uiteindelijk bleek het 1-0 voor Nederland. Smidt pakt er de recensies uit die tijd even bij. “Peter Koops schreef in de Volkskrant: ‘Nederland verslaat België in de pop’. Daarop zijn we gaan voortborduren op de Nederlandse bands alleen. Eigenlijk is het een heel logische ontwikkeling.”
Voor de tweede editie van Noorderslag werd nog wel even geprobeerd om de competitie met buitenlandse bands voort te zetten. Smidt: “We hadden het idee opgevat om er een Oost tegen West-festival van te maken. Maar toen we in Boedapest naar leuke bands gingen zoeken, bleek dat niet echt een succes.” Zo werd het uiteindelijk een compromis: een wedstrijdelement (Groningen tegen de rest van Nederland), maar met puur Nederlandse bands. “Je had toen net de Friese Bries, met bands als Kobus Gaat Naar Appelscha, Weekend At Waikiki en de anarchopunk van The Boogies. Dat bleek een eye-opener. Die editie van Noorderslag was dus al uitverkocht”, aldus Smidt.
Trots terugkijken?
Smidt wijt de populariteit van Noorderslag aan de ‘ijzersterke formule’. “We zijn met 20 bands natuurlijk bescheidener begonnen dan het nu is, maar de formule was destijds al dat het aantrekkelijk is voor iedereen, bezoekers, pers en platenbonzen, om in één keer de hoogtepunten uit de Nederlandse popmuziek te zien en dan voornamelijk de onderstroom daarvan. Een Golden Earring heeft bijvoorbeeld nooit bij ons gestaan.” Smidt kan zich geen minder geslaagde edities herinneren. “Maar je bent natuurlijk altijd afhankelijk van de kwaliteit van de Nederlandse popmuziek van dat moment. Er zijn jaren geweest waarin ik dacht: ‘holy shit, dit wordt een moeilijk jaar’. Maar als je dan eenmaal aan de gang gaat met bands zoeken blijkt het toch weer mee te vallen.” De kwaliteit van de Nederlandse popmuziek wordt ook elk jaar hoger, vindt Smidt. “Laat ik het zo zeggen: in het begin had ik moeite om twintig goeie bands te vinden, nu heb ik moeite met kiezen omdat er teveel goede zijn.” Sommige jaren herinnert Smidt zich voornamelijk als de jaren van één overheersend genre. "Zo was 1988 overduidelijk het hiphopjaar”, weet Smidt. “Urban Dance Squad stond er toen, Extince, en DJ Orlando. Je hebt als festivalorganisator altijd de vinger aan de pols.”
Gevraagd naar de hoogtepunten van twee decennia Noorderslag moet Smidt hard nadenken. “Soms denk ik erover na en vind ik het raar dat het alweer twintig jaar bestaat. Dat komt ook doordat ik veel meer bezig ben met de ontwikkeling van het festival dan met terugkijken.” Na enig aandringen komt Smidt met verrassende persoonlijke hoogtepunten aanzetten. “Lang geleden hadden we een optreden van de Raggende Manne in de grote zaal, en toen dat bezig was luisterde ik naar dat concert op de radio en hoorde ik Jan Douwe Kroeske op de radio zo goed verslag doen van dat concert, bijna alsof het een voetbalwedstrijd was: ‘Jaaaa, de zanger valt nu bijna van het podium af!’, dat soort werk. Geweldig vond ik dat. Maar bij hoogtepunten denk ik ook aan organisatorische dingen, aan het team waar we mee samenwerken. Zo hebben we heel lang een geweldige stagemanager gehad, die bijna met gevaar voor eigen leven bands die het dak eraf aan het spelen waren moest dwingen om op tijd te stoppen. ‘Hoezo stoppen?’, riepen ze dan, en speelden door. Maar ja, dat kan dus niet als je met een strak tijdschema zit.” Maar ook het feit dat Noorderslag in heel Europa op de radio wordt uitgezonden ziet Smidt als een hoogtepunt. “Twee jaar geleden, toen de WDR Noorderslag live uitzond bij Einslive, was ik daar met Medy van der Laan. En zodra de presentatrice ons zag, snelde ze op van der Laan af en vroeg haar enthousiast: 'How does it feel to have the most important European festival in your country?!'”
Gereformeerd hokjesdenken
Na al die jaren dringt zich de vraag op of er niet af en toe een ‘nieuwe bandmoeheid’ optreedt in het systeem van Smidt. “Nee. En sterker nog: ik vind niets leuker dan ergens in een kleine zaal naar bands te kijken. Dat is ook logisch, want als je dat niet hebt, moet je dit werk niet doen.” Inderdaad, want Smidt en zijn team zijn het hele jaar door bezig met het zoeken naar nieuw talent. “We hebben gelukkig veel contacten en krijgen veel tips van mensen, maar ook ik zie zeker wel drie of vier bands in de week. Dat is niet eens zo heel veel als je het vergelijkt met anderen uit het team hoor”, zegt Smidt luchtig. Daarbij maakt Smidt ook duidelijk geen onderscheid tussen alternatief en mainstream. “Ik kan niet zoveel met dat soort etiketten. Of veel mensen de muziek kennen en kopen kenschetst de muziek zelf toch niet? Ik vind het een typisch geval van gereformeerd hokjesdenken. Goede muziek is goede muziek.”
Smidt geeft toe dat ook aan succes op een bepaald moment went. “We zijn niet elk jaar verbaasd als het festival uitverkocht is, maar het organiseren van dat hele evenement is wel elk jaar een kick. Uiteindelijk kopen mensen wel elk jaar een kaartje voor iets dat ze eigenlijk niet kennen. Daar zijn we echt heel erg blij mee, met gemotiveerd, avontuurlijk publiek.” Wat Smidt aan datzelfde publiek waardeert is de sterke mening die het heeft over muziek. “Da’s het leuke van Noorderslag, dat iedereen weer een andere mening heeft. Dat is goed. Aan de andere kant heeft het ook tot merkwaardige fenomenen geleid als het gooien van bier naar de winnaar van de Popprijs die we elk jaar uitreiken. Mensen zijn schijnbaar buitengewoon teleurgesteld als hun favoriet het niet geworden is. Dat biergooien was het heftigst toen Marco Borsato en 2 Unlimited de prijs wonnen. Sommige artiesten zijn dan ook buitengewoon bevreesd als ze de prijs winnen. Een band zei ooit als eerste: van het prijzengeld kopen we bier voor de hele zaal!”
Met de groeiende internationale belangstelling en meer optredende bands dan ooit lijkt het alsof het niet beter kan met Noorderslag. “Wat kaartverkoop betreft zitten we inderdaad aan de max” beaamt Smidt. “Het is ook niet ons doel om groter te groeien wat kaartverkoop en aantal optredende bands betreft. Als we zouden willen zouden we de Oosterpoort ook op de donderdag en vrijdag kunnen reserveren, maar er is natuurlijk een limiet aan het aantal bands dat een publiek aankan op een avond. Het moet wel overzichtelijk blijven.” Toch voorziet Smidt een nog grotere toekomst voor Noorderslag, zij het op een andere manier. “Waar we voornamelijk mee bezig zijn is uitbreiding op mediagebied. Het wordt nu al op 24 radiostations in heel Europa uitgezonden, maar dat kan meer worden. Dat doen we ook voor de artiesten natuurlijk. Kijk, we zien het publiek dat live bij Noorderslag aanwezig kan zijn als de gelukkigen. Zij kunnen het zweet ruiken. Maar door die radio-uitbreiding heb je in feite een veel groter publiek. Daarnaast proberen we de artiesten op die manier ook op de grote Europese festivals te krijgen. Tot nu toe gaat dat heel goed, maar Europa is groot.”
Foto Voicst (2004) door Josje Kobes.
http://www.kindamuzik.net/interview/noorderslag-2006/noorderslag-al-20-jaar-wars-van-hokjesdenken/11649/
Meer Noorderslag 2006 op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/noorderslag-2006
Deel dit artikel: