Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Zet een spotlight op de Scandinavische muziek en er komt vanzelf wel eens iets tevoorschijn dat volstrekt de moeite waard is... Ergens is dát het idee achter het SPOT Festival, waar een karrenvracht aan noordelijke acts aantreedt. De selectie is breed qua genres en de spoeling blijkt allesbehalve dun na twee lange dagen in Aarhus, in en rondom het ronduit prachtige Musikhuset aldaar (een rolmodel voor het Muziekpaleis te Utrecht, waarschijnlijk).
SPOT op vrijdag
Al vroeg maakt het charmante Waldo & Marscha (verander alsjeblieft zo snel mogelijk die bandnaam!) indruk doordat de groep schuchter, extreem verlegen en piepjong een set te berde brengt die refeeert aan zowel The Smashing Pumpkins als aan The Byrds als aan The Smiths. Er komt een mep shoegaze langs die doet denken aan de tweede plaat van The Horrors en ze zitten soms niet ver weg van Madrugada. Iets meer focus in het materiaal en vooral: eens een keer zelfverzekerd op het podium staan en dit is een geweldige band. Eigenlijk zou deze groep per nú al geboekt moeten worden op DeBeschaving of Lowlands; zo cute zijn ze nu nog, voordat A&R ermee aan de haal gaat...
Kiss Me Scarlett probeert te hard een nieuwe vorm van The Clash meets mijnheer Rotten neer te zetten, maar verzandt in zes ego's die het vooral helemaal níét hebben; niet qua nummers en niet qua podiumuitstraling. Dat maakt Talking to Turtles daarna helemaal goed door gewoon zichzelf te blijven. Vier nummers heeft de Duitser met Let Me Play Your Guitar als backing band. Zijn gevatte en literaire teksten winnen de hele zaal voor hem. Wat wil je ook: met een stem die aan Xavier Rudd doet denken en een passie die naar The Arcade Fire gaat, met tussendoor vlagen van The Dears en Belle and Sebastian.
Let Me Play Your Guitar is typisch een band die geen liedjes heeft, maar wel weet hoe het moet op een Muse-manier. Alles wordt dichtgesmeerd met arrangementjes, maar er is koers noch leider en dus meandert het bandje voort zonder kop of staart. Dat kan niet gezegd worden van Thus:Owls. Deze dame bewijst een ware Kate Bushreïncarnatie te zijn – maar dan wel van de soort die heel erg goed gaat vallen bij lezeressen van de Happiness. Zij is geëxalteerd tot op het bot, maar heeft zo érg het zogenaamde 'licht' gezien dat het pijn doet aan oren en ogen. Aan de andere kant: een geheide hit in Vinex-Nederland/Into the Great Wide Open-publiek: in de smiezen houden dus!
And now for something completely different: Essence [foto rechts]. Old school thrash metal volgens het boekje, maar gebracht met een glimlach, een grijns zelfs. Hard en direct en zoals het hoort. De bassist heeft kramp na zijn fenomenale solo, maar dat mag de pret niet drukken. Wacken Festival mag dit per direct boeken, want metal mag soms ook met een lach gespeeld worden; hoezeer het ook over tig schakeringen van zwart gaat wat de teksten betreft.
Als je een TOOL-coverband wil zien en horen, ga dan te rade bij Drone. Ze kunnen heel goed spelen, maar komen niet los van de immense invloed van de band en dat de zanger oogt als Kurt Cobain en maniertjes heeft, helpt ook niet echt. Dan zoekt men dus naast het festival zijn soelaas. Daar vind je dan de OFF SPOT concerten. Zoals: in een kleine bar een heel erg zeldzaam optreden van Of the Wand and the Moon. Het publiek mag erdoorheen babbelen wat het wil, maar hij geeft solo een set ten beste die dark folk met raakvlakken aan Sol Invictus en Current 93 in zich heeft, die indringend is en nog lang na-ijlt. Zo lang dat zelfs de nageboorte die Ignug heet en op de 'after party' mag aantreden en alles wat slecht was in de jaren tachtig nog eens uitvergroot, die bliss niet kan wegnemen.
SPOT op zaterdag
Lol en humor kenschetst het IJslandse Dikta. De zanger babbelt de gitaarwissels charmant aan elkaar. Hij kan het zich permitteren. Hij heeft het materiaal dat bestaat uit een mix van Admiral Freebee, Jeff Buckley, Damien Rice en meer van zulks. Dit is dé verrassing van SPOT. De dynamiek in de nummers. De passie die aan Ben Folds Five doet denken. Dikta is dé band van SPOT 2011!
She's A Show doet vooral moeilijk met belletjes en laptop, maar vertelt geen verhaal. Rijen buiten de zaal kunnen ook niet verhullen dat From Sarah gewoon heel erg probeert Radiohead te zijn, maar het niet is. Call Me Kat daarentegen boeit een hele set lang met lieftallige pop het ene moment en triphop het andere. De band bestaat uit leden van Au Revoir Simone en kent de bassiste van Gang of Four in haar gelederen. De kans is klein dit nogmaals te kunnen meemaken. Zonde, want de hoekige ritmiek onder de zoetgevooisde pop werkt extreem goed.
Weliswaar vanuit Japan bewijst Nisennenmondai [foto links] dat er een briljante mengvorm bestaat tussen noise- en krautrock. Wegdromen op de repeterende riffjes is dan ook aan de orde. Dat kan ook bij This is Head dat het over een wave-boeg gooit, maar niet vergeet dat er ook gedanst mag worden en dus voor een zekere beat zorgt. Daarvoor heb je op SPOT echter vooral KXP dat op de latere avond een partij nare muziek levert. Naar, omdat het ergens als Fins zwart metaal klinkt en toch heel erg dansbaar is. Summer Darkness festival let op! KXP is precies de act die jullie willen.
Zo levert SPOT Festival van lieftallige singer-songwriters tot thrash metal tot Japanse krautnoise wederom een fraaie dwarsdoorsnede van 'unsigned acts' en ietwat meer gearriveerde artiesten, over de volle breedte van het muzikale spectrum. De kans om bands te zien die je wellicht ten onrechte nooit meer zult zien, ligt dan ook in Aarhus. De ware ontdekkingsreizingers tekenen aldaar dus present in 2012.
Grote foto van Gerliene Karssenberg
http://www.kindamuzik.net/live/spot-festival/v-a/21674/
Meer SPOT Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/spot-festival
Deel dit artikel: